Wet of Genade
Religie of Relatie, dat
zijn twee verschillende dingen.
De tegenstander van God,
de duivel heeft al eeuwen voor elkaar gekregen dat mensen genade vermengen met
wet.
Een Christen mag zich
geborgen weten in Christus, hij of zij is voor eeuwig in Zijn armen veilig,
daar kan niemand meer tussenkomen, niets kan ons scheiden van Zijn Liefde. (
Romeinen 8 : 39 )
Daar kan de tegenstander
dus niets meer aan veranderen, wat hij wel probeert is mensen het licht op de
Waarheid te ontnemen.
Een machtig wapen van hem
is te zorgen dat mensen Gods Woord niet serieus nemen, te zorgen dat ze zelf
het Woord niet gaan onderzoeken zodat ze geen onderscheid hebben aan de
Waarheid.
Velen zijn gevallen in
deze valkuil en lopen zo een verkeerde leer achterna.
De bijbel is zo rijk en
ons hele leven kunnen we vanuit deze Waarheid leven.
In de bijbel hebben we
genoeg geestelijk voedsel voor ons leven.
Er is een wereld van
boekjes, overdenkingen, lezingen, naslagwerken, preken enz. enz. te verkrijgen,
vaak zien we door de bomen het bos niet meer.
Het is goed om je als
eerste alleen bij te bijbel te houden en niet door allerlei wind van leer mee
te laten slepen. De bijbel verklaart zich zelf ( 1 Tim. 6 : 3, 2 Tim. 3 : 16 )
Als je volwassen wordt en
onderscheid kunt maken kun je op zoek gaan naar de waarheid, als je dan de
Waarheid gevonden hebt en je bent tot levend geloof gekomen dan kan het
voorkomen dat de Waarheid, ( Joh. 17 :
17) niet recht gesproken wordt in de
plaats waar je grootgebracht bent.
Gelukkig is de Heer
nergens aangebonden.
Als het Woord door de
Heilige Geest voor je gaat leven, gaat er een hemel voor je open.
Zo mocht ik door genade
zien, dat de Heer een geweldig plan heeft en dat aan Zijn kinderen wil
openbaren.
Hij is een God van orde en
Zijn beloften zijn ja en amen.
Hij heeft een plan al lang
voordat de mens bestond, dat plan is Hij aan het uitwerken en wij mogen daar
deel aan hebben.
De overgave aan Gods
heilige Woord is belangrijk, wij kunnen niet gaan sjoemelen met woorden die God
gesproken heeft.
Zo wil ik iets laten lezen
van Zijn plan wat in Zijn Woord geopenbaard is.
Gods oude verbondsvolk
Israël kreeg de 10 geboden, deze wet is een tuchtmeester geweest tot op
Christus ( Galaten 3 : 24 ).
Wij leven al 2000 jaar na
de Christus , dus de wet is al 2000 jaar geen tuchtmeester meer.
De tijd van de wet is al
2000 jaar geleden beëindigd, de Here Zelf is de vervulling van de wet. Het
heeft Hem alles gekost. ( Kolossensen 2 : 14 )( Hebreeën 8 : 13 )
In veel gemeenten is dat
een probleem, terwijl al de eeuwen vóórdat de wet aan Israël gegeven werd, de
mensen ook zonder de wet leefden.
Heel de periode van de
mensheid gaat het om het geloof in de Here Jezus Christus, in welke periode je
ook geboren bent.
Vanaf de opstanding heerst
genade.
In die tijd leven wij nu
nog.
Straks als de Gemeente
opgenomen is komt er een tijd dat de Heer op aarde anders zal werken.
De Here blijft altijd
hetzelfde, Hij werkt niet altijd op dezelfde manier.
De Here is nu in de
functie als Hogepriester werkzaam, straks als Hij zich weer openbaart, treedt Hij op als Koning over deze aarde. (
Hebr. 4 : 14 – 5 : 14 )
We gaan leren dat de
bijbel helemaal van genesis tot openbaring voor ons is, maar niet alles gaat
over ons. We mogen geen uitspraken, die
God bijv. voor het volk Israël bestemd heeft, op ons zelf van toepassing doen.
We leren dat het oude
testament, waaronder de tabernakel, de wet en alle geschiedenissen een schaduw
is van toekomende dingen. ( Kolossensen 2 : 17 / Hebreeën 8 : 5, 10 : 1 )
We kunnen er lering uittrekken
en de geestelijke betekenis ervan leren verstaan.
Dat geeft diepgang, en
verrijking, de bijbel is een onuitputtelijke bron en van onschatbare waarde.
Wie nu tot geloof in
Christus komt wordt toegevoegd bij de Gemeente, ook dus een jood die in deze periode
tot geloof komt hoort bij de Gemeente, het Lichaam van Christus, er is geen
onderscheid.
Wel gaat straks de Here,
met Israël, als volk weer verder, straks zal er weer een gelovig overblijfsel
uit Israël de Here aannemen en die zullen een geweldig wereld evangelisatie
verrichtten.
De Heer spreekt in Zijn
Woord dat het nu Lo – Ammi is, dat is niet Mijn volk, straks zal het weer Ammi
zijn, en als bruid het huwelijk met de Bruidegom vieren. Israël is het aardse
volk van de Heer en de Gemeente, Zijn Lichaam, het Hemels volk, bij Abraham werd al gesproken
over het zand (aards) en de sterren ((hemels) (Gen. 13 : 16,15 :5) Het was Israël
die de woorden Gods waren toevertrouwt, het evangelie is naar de heidenen
gegaan nadat Israël het afgewezen heeft en de heidenen mogen er ook deel aan
hebben.
De Gemeente, die ontstaan
is vanaf de opstanding leeft in genade tijd, de tijd waarin de Heer Zich
verbergt. De hogepriester in het oude verbond, die elk jaar voor het volk in
het heilige der heilige mocht binnengaan en verzoening kon doen voor het volk
van God, is een beeld van onze Hogepriester, de Here Jezus Christus, Die
éénmaal is binnen gegaan in de Hemel, Hij is onze voorspraak, Hij vergadert
Zich nu een volk voor Zijn Naam, een hemels volk, Hij reinigt en heiligt de
gelovige met Zijn Woord, Hij zorgt voor Zijn kinderen. ( Handelingen 15 : 14)
Straks komt Hij naar
buiten, dan zal Hij zichtbaar op de troon zitten en regeren als Koning, de 1000
jaren, (nadat er oordeel over Israël en de wereld gekomen is en vóórdat er een
nieuwe hemel en een nieuwe aarde zal wezen.) Daarna gaat Hij weer verder met
Zijn aardse volk, Israël.
Nu in deze periode, vanaf
de opstanding spreekt God alleen door Zijn Woord(Hebreeën 1 :1)
Als we de dingen niet goed
kunnen onderscheiden, zien we dit machtige heilsplan van God niet en gaan we de
schrift door elkaar halen en passen we het verkeerd toe.
Zoals de Here de
profetieën van het verleden heeft vervuld, zo zal Hij de toekomst profetieën
ook in vervulling laten gaan.
Wij zouden die profetieën
niet verachtten.
We moeten oppassen dat we
het niet beter gaan weten omdat we het nou eenmaal niet zo geleerd hebben.
Om terug te komen op onze
tijd, het hier en nu, wat is genade tijd, we hebben al gelezen dat de Here nu
niet zichtbaar regeert.
Het geloof is onzichtbaar,
het is in ons denken, daarom praat de Here ook over: wordt veranderd in je
denken en ‘bedenk’ de dingen die van boven zijn ( Kol.3 : 3 ). ( Romeinen 8 :
6, 12 : 2)
We leven nog wel in de
wereld maar zijn niet meer van deze wereld, als je Christus hebt aangenomen als
je Verlosser, dan ben je wederomgeboren.( o.a Joh. 17 :14)
In o.a. Efeze 2 : 6 zegt de Here dat we nu al mede gezet zijn in
de Hemel,het gaat over het heden, we kunnen dat nog niet zien, wel bedenken,
geloven, net zoals de Here zegt dat we nu al gestorven zijn, wij zien nog het
aardse lichamelijke leven, maar de Here ziet het al als gestorven.
Het is dus geestelijk
bedoeld, eerst waren we geestelijk dood, nu zijn we levend geworden in Hem, we
hebben nu al nieuw onvergankelijk leven in ons. (2 Kor. 4 : 7 )
We kunnen de Here dus
dienen uit het geloof, door ons te richten op de dingen die ons geschonken
zijn, geestelijk geschonken zijn ( Efeze 1 : 3 ), het is dus noodzakelijk dat we die dingen
weten, door Zijn Geest Die we ontvangen hebben, kunnen we die dingen leren.
Om terug te komen op de
wet,
de dingen die we leren
moeten, leren we niet uit de wet, integendeel, de wet laat ons met ons eigen vlees,
met onszelf bezig zijn. (Romeinen 7 : 6 / 2 Kor. 3 : 6: de letter (=wet) dood.
Wij zouden ons nu juist
met de dingen die van boven zijn, bezig houden.
De wet is heilig
rechtvaardig en goed, de mens van nature niet, dat alleen moet al duidelijk
zijn. Toen de wet gegeven werd, werden er ook offers gebracht, verplichte
offers en vrijwillige offers, alles wees naar Christus, Die komen zou.
Door Gods liefde is de
Here Jezus Christus gekomen, ten eerste voor het volk Israël, die tot op heden
Hem nog niet hebben aangenomen.
Hij heeft alles volbracht.
Het evangelie is ook naar
de heidenen gegaan, zij die niet bij het volk van Israël behoorden.
Als een gelovige nu de wet
toepast als richtlijn of uit dankbaarheid, heeft hij het niet begrepen, de Here
waarschuwt daar dikwijls voor in Zijn Woord.
In feite zeg je dan dat
het werk van de Here voor jouw niet goed genoeg is, dat je het zelf ook nog
moet proberen.
Ik weet wel dat men het
vaak uit onwetend doet, omdat het overgenomen is en men denkt dat het bijbels
is, maar men leest dan de bijbel niet goed, of door een eigengemaakte bril.
Natuurlijk is de wet goed,
de wet spreekt van Christus.
Daarvoor moest Hij ook in
deze wereld als Mens komen, als wij nu de wet gaan toepassen op ons zelf, ga je
tegen God Zelf in en doe je ook je zelf tekort. Je zegt dan dat je nog niet met
Hem bent gestorven en opgestaan. ( Romeinen 6) ( Kolossensen 3 : 3)
Na de uitstorting van de
Heilige Geest op de pinksterdag geeft God een ieder die in Zijn Zoon gelooft
Zijn Geest, Hij geeft niet Zijn wet, maar Zijn eigen Leven aan jouw persoonlijk.
Nu wordt je geleid door
Zijn Geest in al de Waarheid ( Johannes 16 : 13) niet door de wet geleid, van
wat is goed en wat is kwaad, dat houd je met je vlees bezig, met je aardse
leven, nee, nu eten we van de boom des levens, dat is Christus Zelf, Die wil je
als persoonlijke Verlosser leiden, je mag het heel persoonlijk maken. Je gaat
dan niet met je zelf bezig, maar met het Leven wat Christus aan je gegeven
heeft.
Het is geweldig als je
Zijn eigendom bent, dan is je leven pas zinvol.
Bij gemeenten die de wet
verkeerd toepassen zie je vaak dat de toekomst profetieën veracht worden, en
zie je dat ze het plan van God, met name voor Israël vergeestelijken.
Er is vaak lauwheid en
geen toekomst verwachting en weinig diepgang.
Natuurlijk zijn ook daar gelovigen,
mensen die eeuwig leven hebben door Christus, toch zijn die gelovigen vaak met
zichtbare dingen bezig.
Dat alles is de uitwerking
van het verkeerd uitleggen van de wet, door de bedekking van de wet, is er niet
het volle licht wat de Here zo graag wil schenken aan een ieder die zich
overgeeft aan Hem.
God ziet ons aan in ons
nieuwe leven, als we de wet gaan gebruiken als een richtlijn, maken we God voor
leugenaar uit, Hij heeft het oude weg gedaan, dus hoe kunnen wij daar dan weer
de wet opleggen ??
Toen Christus opstond uit
de dood, was het oude voorgoed voorbij, wij moeten daar niet weer mee aan de
slag gaan ( 2 Korinthe 5 : 17 )
Onze voorvaderen konden
zich niet aan de wet houden en wij ook niet, gelukkig heeft God daar Zelf 2000
jaar geleden een oplossing voor gegeven. (Handelingen15 : 10)
Wij mogen nu vanuit die
rust wandelen.
Zijn liefde overtreft
alles, het is genade op genade dat we daar deel aan mogen hebben.
Geloven is vertrouwen op
wat God in Zijn Woord gezegd heeft.
Als het nog niet duidelijk
is, waarom willen mensen perse onder de wet leven?
Kunnen ze de vrijheid niet
aan, willen ze aan banden gelegd worden.
Van nature is een mens van
zich zelf al wettisch, iedereen zal beamen dat mensen toch wetten nodig hebben.
Aards gezien heeft men landelijk
ook wetten, daar is toch niks mis mee.
Nee, daar is ook niks mee,
als we ons keurig gedragen, hebben we daar ook geen last van,
en als we de wet
overtreden betalen we boetes en daarmee zijn we klaar.
Als men iemand vermoord,
krijgen we straf, daar hebben we de 10 geboden niet voor nodig, iedereen in de
wereld weet dat.
Een gelovige die niet in
de kerk grootgebracht is heeft meestal helemaal geen moeite om de wet goed te
verstaan, hij heeft nooit onder 10 geboden geleefd, en leeft nu onder de genade.
( Romeinen 6 : 14)
De Here Jezus Christus kunnen we alleen dienen
vanuit de vrijheid die Christus ons gegeven heeft.
Ja, dat geeft
verantwoording, je richten op de hemelse dingen, daarmee al scheid je jezelf van de wereld af, je bent
een hemelsburger, en hebt hemelsburgerschap. ( Johannes 17 : 16 )(Efeze 2 : 6,
19)( Filip. 3 : 20)
Je bent niet meer van
jezelf, maar je bent het eigendom van de Here Jezus Christus.
Nu wil Hij je opvoeden in
Zijn Waarheid.
Wil je vrucht dragen in
het geloof, dan roept Hij je op, om in Hem te blijven (Johannes 15 : 5)
dan zul je vrucht dragen
voor Hem, niet voor deze wereld.
Een ieder is in zijn eigen
gemoed ten volle verzekerd.
We ( en nu praat ik over
gelovigen ) zullen allemaal voor de rechterstoel van Christus moeten verschijnen,
daar hoeven we niet bang voor te zijn, het is geen oordeels dag maar een
beoordeling ( Romeinen 14 : 10, 2 Korinthe 5 : 10).
Wat moeten we nu doen, nu
we dit allemaal weten.
Geloven en vertrouwen in
Hem, Hij zal u/jij in Zijn Woord leiden, wat dat voor consequenties heeft in
dit leven, dat zal blijken, maar weet dat Hij alles zal medewerken ten goede
voor degene die in Hem geloven (Romeinen 8 : 28 )( 1 Korinthe 10 : 13 ) Op
mensen kunnen we niet vertrouwen, maar op Hem kunnen we altijd bouwen. Het
vergt overgave, maar Hij zal het willen en het werken in je doen. Zoveel
beloften geeft Hij aan ons. Daar mogen we in leren staan.
Nu zien we nog niet wat
ons alles geschonken is, nu zien we door geloof, straks in aanschouwen 2 Kor.
5:7. Zo kunnen we tot Zijn eer leven. Je Heer Zelf zorgt voor genoeg gezonde
geestelijke voeding.
Willen we regels, het
nieuwe testament staat vol met rijke adviezen, laten we nogmaals genade niet
vermengen met wet, (galaten 5 : 18) dat is tegen Gods regel in.
Laten we niet zelf op de
troon gaan zitten, maar
laten we gehoor geven aan
het gezag dat boven ons is, welke is de Christus, Die het begin en het einde
is, de Schepper aller dingen. ( Handelingen 5 : 29 / Romeinen 11 : 36 / 1
Korinthe 8 : 6 / Kolossensen 1 :15,16)
Laat het Woord van God je
persoonlijk overtuigen, lees het nieuwe testament goed en geloof wat er staat
en je hebt wat er staat. Ds. Johannes
de heer.
Mattheus 6 : 20 Romeinen 6 : 4 –
18 Galaten
4 : 5 -10, 21 -30
Mattheus 16 : 24 – 27 Romeinen
7 : 4, 6, 9 Galaten
5
Mattheus 19 : 26 – 29 Romeinen 8 Galaten
6
Lukas 11 :28 Romeinen
9 : 8, 23 – 26, 30 -33 Efeze 1 : 3 - 14
Johannes 1 : 11 – 13 Romeinen 10 : 17 Efeze
2 : 6, 19
Johannes 3 -13 Romeinen 11 :
36 Efeze
3 : 17 - 19
Johannes 3 – 16,18 Romeinen 12 : 1, 2 Efeze
4 ; 1, 15, 24, 30
Johannes 6 Romeinen
13 : 10 -14 Efeze 5 : 8
Johannes 7 : 39 Romeinen 14 :
1,3, 5, 7, 8, 10, 14, 23 Efeze 6
; 10 - 13
Johannes 8 : 12, 32, 36 Romeinen 15 : 1, 2, 13 Filippensen 1
: 6
Johannes 11 : 25, 26 1 Korinthe 1 : 4, 24,
30, 31 Filippensen
2 : 3, 13
Johannes 12 : 36 1 Korinthe 2 :
10, 12, 14 Filippensen
3 : 10, 14, 20
Johannes 14 : 6 1 Korinthe 3 :
9, 23 Filppenzen
4 : 4 – 9, 13, 19
Johannes 15 : 5 1 Korinthe 8 :
6 Kolossensen 1 : 9, 10 – 19,
Johannes 16 : 13, 33 1 Korinthe 10 : 13, 23 23, 26, 27
Johannes 17 : 16, 17 1 Korinthe 15 : 9, 56 –
58 Kolossensen 2: 2, 3, 10-17
Handelingen 2 : 4 2 Korinthe 3 : 5 –
18 Kolossensen 3 : 1 – 4, 23
Handelingen 5 : 29 2 Korinthe 4 : 2, 14
– 18 2
Thessalonicenzen 2:16
Handelingen 13 : 39 2 Korinthe 5 : 7, 10,
14 – 21 1
Timotheüs 6 : 17
Handelingen 15 : 10, 11,
14 2 Korinthe 9 : 6 2
Timotheüs 2 : 11, 15
Handelingen 17 : 24, 28 2 Korinthe 12 : 9 2
Timotheüs 3 : 16
Romeinen 1 : 16, 17, 20 Galaten 1 : 4 Titus
1 : 14 2 : 11-14
Romeinen 3 : 12, 19 – 31 Galaten 2 : 16 -19 – 21 Titus
3 : 5 - 9
Romeinen 4 : 5, 24. 5 :
1,2 Galaten 3 Hebreeën
3 : 6
Hebreeën 4 : 16 / 7: 16 - 8 – 13. Hebreeën 10 : 1 / 19 -25, 35, 38 / 12
: 1,2 / 13 :20 – 21. 2 Petrus 3 : 18.