Opname van de gemeente

Wat is de opname ?

De opname is als Christus komt in de lucht ( niet op aarde ),om alle gelovigen ( dus niet alle mensen ) tot zich te nemen in heerlijkheid.

Lezen: 1 thess. 4:15-17, 1 kor.15: 51,52

De openbaring is als Christus met al Zijn heiligen zal wederkeren op deze aarde en Zijn voeten zullen staan op de Olijfberg om Zijn heerschappij over heel de aarde te vestigen.
Tussen  de opname en de openbaring ligt de grote verdrukking.

De “opname” betreft in het bijzonder alle gelovigen van na de opstanding, van welk geslacht,taal,volk of natie zij ook zijn. De” openbaring” brengt Zijn programma voor Israël en de naties in werking.

Het deel hebben aan de “opname” geschiedt niet op grond van onze werken, maar uitsluitend op grond van Gods genade. Het is een onlosmakelijk deel van onze zaligheid, die ‘uit genade’ is.
Er staat geschreven, dat wij allen geopenbaard moeten worden voor de Rechterstoel van Christus. Geen lid van het lichaam van Christus kan dus gemist worden op die dag, als de gelovigen beloond zullen worden voor hun werken. Zij, die in Christus gestorven zijn, zullen eerst opstaan; daarna wij, die levend overgebleven zijn zullen tezamen met hen opgenomen worden. Wij zullen veranderd worden. De Gemeente is één Lichaam en zal ook als één Lichaam veranderd worden. De Gemeente is een ondeelbaar geheel en zal als zodanig
zonder vlek of rimpel aan Christus worden voorgesteld.

De opname is een gebeurtenis, die ‘nabij’ is en ieder ogenblik kan plaats hebben. Dat wil zeggen, dat aan deze grote gebeurtenis geen enkele andere gebeurtenis noodzakelijkerwijs behoeft vooraf te gaan.

Omdat de Bijbel leert, dat Zijn komst ieder moment kan plaats hebben, mogen wij Hem voortdurend verwachten. De hoop op Zijn komst dient onze harten te vervullen!

De Bijbel maakt duidelijk, dat deze gebeurtenis in ieder geval vóór de grote verdrukking zal plaats hebben, dus wij verwachten de komst van onze Heer niet alleen vóór het duizendjarig vrederijk maar ook vóór de grote verdrukking.
In 1 Thess. 1:10 staat: gij zijt bekeerd van de afgoden, om de levende en Waarachtige God te dienen en Zijn Zoon uit de hemelen te verwachten, Dewelke Hij opgewekt heeft uit de doden, namelijk Jezus, Die ons verlost van de toekomende toorn.

Diegenen die de profetieën verachten en dus niet geloven dat er eerst een opname van de Gemeente is, verwerpen hiermee ook het plan van God betreft Israël, en zullen heel veel gedeeltes uit de bijbel niet of verkeerd uitleggen.

De toekomende toorn is niet hetzelfde als het eeuwig oordeel. Het is de toorn van God, die over deze wereld zal worden uitgegoten, als Hij begint af te rekenen met de volkeren. Wij zullen van die toekomende toorn verlost worden. Want de Here zal met een geroep nederdalen uit de hemel, om ons uit deze wereld weg te rukken. Gij zijt niet in duisternis, dat u die dag als een dief zou bevangen
(1 Thess. 5:4).

De achtergeblevenen, die het Evangelie van Christus verworpen hebben, zullen zonder hoop en zonder Christus het oordeel tegemoet gaan, daarvoor dat zij de liefde der waarheid niet aangenomen hebben, om zalig te worden – opdat zij allen veroordeeld worden, die de waarheid niet geloofd hebben.


Het werk van Christus is volbracht, de wederkomst van de Heer Jezus Christus is tot ons niet afhankelijk van iets, wat Hij eerst nog in de hemel zou moeten volbrengen. Daar behoeft niets meer volbracht te worden. Niets staat meer ‘s Heren wederkomst in de weg. De hoop van de christen is niet een zalig sterfbed, maar de opstanding uit de doden. Hij verlangt niet, dat zijn ziel uit zijn lichaam zal verlost worden; maar hij verwacht, dat zijn lichaam zelf verlost zal worden uit de slavernij van de dood. Het is zeker een heerlijke troost, te weten dat onze geliefde ontslapenen nu bij Jezus zijn in heerlijkheid. Toch is het niet deze troost die Paulus bedoelt, als hij aan Thessalonicenzen schrijft: Vertroost dan elkander met deze woorden (1 Thess. 4:18).

Als de Here ons werkelijk komt halen, dan zal het niet één voor één zijn, maar al Zijn verlosten tegelijk. De ontslapenen zal Hij opwekken met een machtwoord, en de dan levend overgeblevenen zullen op hetzelfde ogenblik veranderd worden. Alles in een punt des tijds.

De Heer heeft gezegd: voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, wie Mijn woord hoort en Hem gelooft, die Mij gezonden heeft, heeft eeuwig leven en komt niet in het oordeel, want hij is uit de dood overgegaan in het leven. Zalig en heilig zijn zij die deel heeft aan de eerste opstanding. Willen wij op die grote dag uit Zijn mond de goedkeuring horen: "Wel, gij goede dienst- knecht" (Luk. 19:17), dan dienen wij als christenen volkomen op Hem te vertrouwen en in Hem te blijven. Alleen dan zullen onze werken de toets der eeuwigheid kunnen doorstaan. Welk een dag van voldoening en overwinning zal dat zijn voor hen, die hun tijd uitgekocht en hun kansen gegrepen hebben gedurende hun getuigenis en dienst in deze wereld.

Helaas zullen er velen zijn, die wel op die dag zullen worden opgenomen, maar die nochtans beschaamd gemaakt worden in Zijn toekomst. Behouden als door vuur. (1 Joh. 2 :28/ 1 Kor. 3:15). Zij zullen er getuige van zijn, dat hun werken als hout, hooi en stoppelen verbrand worden, omdat zij geen eeuwigheidswaarde blijken te hebben. Laten we het niet zo ver komen dat we naakt voor Hem komen te staan. Maar laten we uit Hem en door Hem het leven hier verder gaan, verwachtende de zalige hoop en verschijning van de groten God en onze Zaligmaker Jezus Christus. (Tit. 2:13).
Want Hem komt toe, heel ons leven.

handtekening
 

Woorden van Leven Copyright © 2011 Woorden van Leven Blog is Designed by MMDesigns Inspired by BTemplates